Homografische functies
1. Beschouw de functie f(x):
Bepaal
van deze functie:
a) het domein
b) de nulpunten
c) alle asymptoten
d) het tekenverloop
2. Bepaal het
voorschrift van een homografische functie
f(x) die aan de volgende voorwaarden voldoet:
a) f(x) heeft een
horizontale asymptoot met vergelijking y=-1/2
b) het nulpunt van
f(x) is 1
c) f(x) bevat het punt
P(-1,1)