SPELLING: Woordpakket 20

Allerlei


Lees de woorden, maar begin achteraan. Schrijf de woorden over.

1. nemokeem -
2. laamnee -
3. dnoheez -
4. eemraaw -
5. roodnav -


Vul het juiste woord in. Kies uit: aantal - schoolfeest - vliegveld -
afspraak - koelkast - tweeling

1. We leggen de kaas altijd in de .
2. Om acht uur heb ik een bij de dokter.
3. Ik breng mijn tante naar het .
4. Wat is het geboorten dit jaar?
5. Ze gelijken heel goed op mekaar, het is net een .
6. Er is altijd veel volk op ons .


Nu zijn de klinkers verdwenen. Vul ze in.

1. kntr
2. ngvr
3. schtkrm
4. bmstm
5. krkdrg
6. mnmn